terug

Energietransitie en ruimtegebrek: Anderhalvemetersamenleving in de ondergrond

Ja, ook in een tijd waar de coronacrisis ons leven beheerst, kijken we vooruit. Hoe geven we de komende twintig jaar de energietransitie vorm, terwijl we in de ondergrond kampen met een ruimtegebrek in de bovenste anderhalve meter? Het omverwerpen van ‘heillige huisjes’ als gevolg van de coronacrisis kan helpen bij het zoeken naar oplossingen.

Ruimtegebrek
Foto: Pixabay

Het voelt vreemd aan in tijden van een coronacrisis te schrijven over de energietransitie en schaarste in de ondergrond. We leven momenteel in de anderhalvemetersamenleving en mogen ervaren hoe schaars de ruimte is. In de wereld van voor de coronacrisis was de ruimte onder de grond al schaars en we staan pas aan de vooravond van de energietransitie en de overige opgaven die positief bijdragen aan de kwaliteit van onze leefomgeving. De impact van deze opgaven in de ondergrond is zo groot dat we met veel partijen zoeken naar oplossingen. Dat blijkt door verschillende belangen niet makkelijk.  

‘Een sterke staat’

Daarom staat het denken hierover nu niet stil, want juist nu is het verstandig na te denken over een energietransitie die ook in tijden van crises betaalbaar blijft en op draagvlak kan blijven rekenen. Het zaadje voor de oplossingen, op de lange termijn, voor de transitie naar een schone energievoorziening, is afgelopen maanden ongemerkt geplant door het omgooien van een aantal heilige huisjes. Welke impact de coronacrisis op langere termijn op de samenleving gaat hebben, is nu nog niet te voorspellen. De rol van de overheid is drastisch gewijzigd in het beschermen van haar burgers en de rol van bedrijven en de ‘markt’ in het leveren van essentiële diensten. De premier sprak zelfs zijn voorkeur uit voor ‘een sterke staat. De terugtredende overheid, jarenlang het mantra in Den Haag, dat was de politiek van vóór corona!

We stappen hierbij af van het liberaal denken. Schaarste in de ondergrond is niet op te lossen zonder een krachtige centrale en decentrale overheid met een stevige regierol. Het Gemeentelijk Platform Kabels en Leidingen (GPKL), maar ook organisaties die hun assets in de ondergrond hebben liggen, pleiten hier al jaren voor. Nu lijkt dit in het post-coronatijdperk realiteit te worden.  

ruimtegebrek
Foto: Pixabay

Draagvlak in de samenleving

Wat we leren van de coronacrisis is: kijk met een open blik naar de ‘publieke route’ en leg de problemen en de bijpassende maatregelen uit. Geef iedereen het gevoel dat ze zelf kunnen bijdragen aan de oplossingen, doe dit ook en geef een perspectief.

Een mooi voorbeeld is te vinden in een van de aardgasvrije proefwijken, een wijk met de nodige sociale problemen. Door de drukte in de ondergrond duren de werkzaamheden van de aanleg van een warmtenet veel langer, woningen zijn langdurig beperkt of niet bereikbaar en in de woningen wordt het nodige verbouwd. Men organiseert daar regelmatig informatiebijeenkomsten waarbij de buurtbewoners een actieve rol hebben en daarvoor worden betaald. Dit kan zijn in de catering of in de organisatie. Er is schaarste aan arbeidskrachten voor het realiseren van de energietransitie. Juist in een wijk met sociale problemen met gemiddeld een hogere werkloosheid, is er een mooie kans om bewoners op te leiden en in te laten stromen in het arbeidsproces. Dit zijn de ambassadeurs die belangrijk zijn voor de draagkracht en die je zo een perspectief kunt bieden.

Het financieren van de energietransitie

Bij de discussie over Klimaatakkoorden koos het Rijk ervoor om een groot deel van de kosten van de energietransitie uit te smeren over de energierekening van burgers. Burgers hebben last van de werkzaamheden voor de energietransitie en krijgen direct de rekening gepresenteerd die de komende jaren oploopt. Is het mogelijk de burgers, en vooral die met de laagste inkomens, te ontzien door de verbouwing van onze energievoorziening niet via de algemene middelen te financieren? Bijvangst is dat we de kosten van de energietransitie transparant houden en de totale energietransitie als één project zien en niet als vele duizenden losstaande projecten door het hele land met ieder een eigen projectbudget.

Nederland weer als productieland

Het Rijk kiest ervoor om steeds op zoek te gaan naar de goedkoopste duurzame energieprojecten. Ik pleit ervoor dat buitenlandse bedrijven er niet met onze buit vandoor gaan. We doen onze economie en dus onszelf tekort door alleen te kijken naar de goedkoopste oplossing. Juist in een niet af te wenden economische crisis moeten we economische kansen voor Nederland benutten. Onze bedrijven beheersen de kunst om de energietransitie te realiseren en zorgen voor werkgelegenheid, inkomsten voor de schatkist en nieuwe exportmogelijkheden waar we nog minstens dertig jaar plezier van kunnen hebben.

Slimme oplosrichtingen

Juist de bovenste anderhalve meter van de ondergrond ligt vol. Dit is gebied waar de infrastructuur van de energietransitie het meest invloed op heeft. Het gezamenlijk zoeken naar oplossingen om de schaarste te beperken is in volle gang en gebeurt op meerdere gebieden;

  • Toepassen van nieuwe technieken en innovaties
  • Brede samenwerkingsverbanden van alle partijen in de onder- en bovengrond die werkelijk willen investeren in de samenwerking met als doel: een duurzame inrichting, minder hinder, tegen de laagste maatschappelijke kosten
  • Anders te denken door inzet van algoritmen die verschillende ontwikkelingen tot in detail voorspellen, maar ook biomimicry om oplossingen uit de natuur te verzamelen en in te zetten voor het anders inrichten van de ondergrond. Een aansprekend voorbeeld van biomimicry is de neus van de Japanse hogesnelheidstrein Shinkansen 500. Deze is ontworpen naar de kop van de ijsvogel, omdat deze zonder te spatten in het water duikt. Nu ontstaat er geen luide knal meer als de trein een tunnel passeert, de trein werd stiller, 10 procent sneller en verbruikt 15 procent minder energie.

Kortom, de slimme oplossingsrichtingen bieden enorme kansen om samen de energietransitie te realiseren in een schaarse onder- en bovengrond en hierbij gaat het ‘post-coronatijdperk denken’ ons helpen.

Van onze partner, Stadswerk Magazine (nummer 5, 2020). TEKST: Berry Kok, Gemeentelijk Platform voor Kabels en Leidingen (GPKL)

 


Bekijk ook deze items